vrijdag 4 februari 2011

Een maatschappelijke kloof

Binnen de economisch-maatschappelijke ontwikkeling en ruimtelijke verstedelijking van Brabant heeft de mechanisering en schaalvergroting van de agrarische sector geen plaats meer. De verwevenheid tussen stad en land groeit met de dag. De gemiddelde woonkern is in omvang en sociale ontwikkeling allang het dorp van Wim Zonneveld ontstegen. Gelijktijdig functioneert iedere stad al ver buiten de formele gemeentegrens. De 'burger', wat een nare vage term is dat toch, staat met de dag verder af van de agrarisch ondernemer. Het keren tegen de hand die je voedt is of een daad van paniek of omdat de hand niet meer financieel voedt. En dat laatste geldt meer en meer voor de relatie boer en burger. Gemert-Bakel bijvoorbeeld profileert zich nog maar al te graag als plattelandsgemeente, maar het gros van de werkende mensen verdient het geld in de stad of stedelijk gerelateerde activiteiten, zoals banken, zorginstellingen, ziekenhuizen en de IT-sector. En het verontrustende daarbij is, slechts een deel van de mensen die werken in de agrarische sector spreken Nederlands. Niet dat ik dat zo erg vind, maar het maakt de kloof alleen maar groter. Wel zou je kunnen zegen dat de agrarische ondernemer al lang internationaal onderneemt, ook al is hij of zij bij wijze van spreken nog nooit de gemeente uit geweest. De tijd is rijp voor iets stedelijks tussen de stallen: een Oost-Europees megataleninstituut!

Geen opmerkingen: