donderdag 30 september 2010

Wij zijn tentenbouwers

'Wij zijn botenbouwers’, zegt architectuurhistoricus Auke van der Woud. Da's waar. Maar ik zou nog verder willen gaan. Goed beschouwd zijn we tentenbouwers, want is ons agrarisch langhuis of hallehuis niet veel meer dan een uit de kluiten gewassen tent? De huizen waren een soort bouwpakketten, spijkerloos in elkaar te zetten en demontabel tot op de laatste balk. Muren waren praktisch overbodig, want het dak rustte op boomstammen en flinke takken, die we gebint noemen. De lage muren dienden om het huis wind- en waterdicht te maken en bestonden uit niet meer dan leem, vakwerk, stro, riet of hout. Tezamen met de dieren onder één groot en lang dak leefden wij relatief warm en beschut en konden wij indien nodig met onze hele hebben en houwen verhuizen naar betere of veiligere oorden. Zo zwierven wij langs hei, beekdal, zandduin en moeras.

Beeldkwaliteit in 18 punten

De vraag of wij welstand of beeldkwaliteit, voor mij is dat één en hetzelfde, willen behouden, roept bij mij vragen op die de kern van onze samenleving raken. Mijn vragen berusten op persoonlijke fundamentele opvattingen. Ik noem ze hieronder.

1. Waarom zouden wij als overheid geen opvatting mogen hebben over vormgeving? Want geen opvatting over welstand, is geen opvatting over de gemeenschap.
2. Vormgeving gaat niet zonder discussie, want vormgeving gaat niet over gevels en stenen, maar over mensen, gemeenschap en identiteit, zowel individueel als gemeenschappelijk. Identiteit is niet iets stars of vasts, maar altijd iets dat opnieuw gedefinieerd moet worden. Beeldkwaliteit is daar een vorm van.
3. Beeldkwaliteit is een middel tot bewustzijn. Het legt een claim op onze context, fysiek en mentaal en is dat niet de hoofdtaak van de overheid? Niet dwingend, dan toch inspirerend. Wij doen dat met inspiratieboeken, gesprek en confrontatie: laat alle mogelijkheden zien.
4. Reageer op je omgeving, op het landschap, op identiteit. Zorg als lokale overheid voor ruimtelijke en architectonische randvoorwaarden voor alle historische linten en randen in en van de dorpen en de gehuchten.
5. Je kunt welstand inrichten zoals je het zelf wil. Van jaren 50 beknotting tot algemeen contextdenken. Wat wil je als openbaar bestuur minimaal geregeld hebben?
6. Welstand is achterhaald, spreek over beeldkwaliteit, want beeldkwaliteit is een onderdeel van het bestemmingsplan. Dat snappen mensen, zeker omdat een beeldkwaliteitplan in beelden beargumenteerd waar het bestemmingsplan in de kern over gaat.
7. De commissie beeldkwaliteit geeft professioneel kledingadvies, zie het als service.
8. Ontneem mensen niet het medium van beeldkwaliteit, want het is de meest concrete en tastbare vorm van ruimtelijke ordening voor een gemeenschap.
9. Ontdoe de eenvormige en uniforme wijken van de jaren '50 tot '90 van welstandstoezicht. Geef ruimte aan folklore en individuele gevelexpressie. Ieder heeft recht op zijn eigen rituelen.
10. Een commissie beeldkwaliteit werkt omdat wij haar inspraak geven in de voorfase van bestemmingsplannen, beeldkwaliteitplannen, gebiedsvisies, structuurvisie, etc. Laat je als overheid adviseren hoe beleid ruimtelijk doorklinkt. Een commissie doet dat professioneel, kritisch, onafhankelijk en snel. Maar bedenk te allen tijde… het openbaar bestuur bepaald zelf waar ze zich wel en niet in wil laten adviseren. Dit leg je vast in de welstandsnota of beeldkwaliteitplan.
11. Spookverhalen over commissies die louter en alleen hun hobby zitten te botvieren is onzin en gaan altijd over vroeger.
12. Een commissie en het bijbehorende beleidsdocument verplichten de overheid en gemeenschap om over vormgeving en ruimtelijke kwaliteit na te denken. Dat is gezond en wel zo verstandig.
13. Een commissie geeft vrijheid, want zij kan gemotiveerd afwijken van wat de overheid geregeld heeft. Laat je dat los, dan bepaalt het bestemmingsplan. Dat is beknotting want goede en individuele architectuur ontstaat niet door de gratie van regelgeving, maar binnen goede en prikkelende kaders. En ja, die mogen soms ‘pijn’ doen, want pijn brengt reuring en gaat over wezenlijke zaken.
14. Een monumentencommissie is wettelijk verplicht. Combineer je beide commissies; dat gaat sneller en doorbreekt autistische vakdiscipline.
15. Benut burgerkennis, lokale historische kennis, maar vooral conceptuele opvattingen van vrijdenkers, dromers, ondernemers en boeren.
16. Als je geen opvattingen hebt over beeldkwaliteit voed je egobouw en beschouw je de gemeenschap als een verzameling van individuele belangen. Daarmee reageert de overheid altijd ad hoc.
17. Een goed bestuur organiseert zijn eigen oppositie op inhoud, ambtelijk en daar buiten .
18. Je hoort over de welstandsvrije gebieden wel eens zeggen: 'Er zijn nog geen rampen gebeurt'. Daarmee wordt bedoelt dat het dus prima kan. Ik zeg op mijn beurt, 'helaas!' Welstandsvrij betekend nog geen individuele- of bewustzijnverruiming. Blijkbaar kiezen wij een huid waarmee we showen hoe 'normaal' we wel niet zijn. Afwijken is dodelijk, saaiheid en eenvormigheid de norm. Herenhuizen en boerderilla's (boerderij en villa in één). Gemeenschappelijke rituelen vereeuwigd in steen. Dat is geen individuele vrijheid, maar een beknellend gemeenschapsdenken. Of is de conclusie dat wij gewoon saai zijn? Dan verkies ik te bijten en te prikkelen boven de monotomie van herhaling van patronen.

woensdag 29 september 2010

professioneel

Professioneel werken is onthaasten: je bent als een acteur die gevoelsmatig overdreven langzaam spreekt en acteert, maar voor ’t publiek goed gevolgd kan worden.

Gesloten voordeuren

Woonkeukenarchitectuur: Brabantse cultuur is gegroepeerd in en rondom de warme keuken. Daar woon je en leef je, daar eet en drink je, daar gaat de praat over d'n dieje en d'n dieje. Daar ben je, al was het maar een fractie van een seconde echt eerlijk. Vogeltjes in een kooi, koffie pruttelend op de aanrecht. Daar wordt je geborgen en daar wordt je herinnerd. Sentiment. En de gast komt en gaat achterom met één of twee zwaaien van de deur de keuken in of uit. De woonkeuken, daar begint en eindigt het huis. Daar wordt je geboren en je gaat er dood. Is huisvesting dan echt zo simpel?

Rituelen

Als er maar genoeg kapot gemaakt wordt, wordt een dagelijks gebruik van zelf een rite.

Mensen willen bedrogen worden

Het is een vreemde wereld te weten dat Brandevoort een historischer centrum heeft dan menig cultuurhistorisch centrumlint in de dichte en verre omgeving.